De garnaalvisserij te paard is een ambachtelijke vaardigheid die nauw verbonden is met de natuur: een goede kennis van de zee, de zandstrook en een groot vertrouwen in en respect voor het paard zijn onontbeerlijk. Het ambacht garnaalvissen te paard wordt gedragen door de huishoudens en families van garnaalvissers en bij uitbreiding door de gemeenschap van Oostduinkerke en Koksijde, die het als cultureel erfgoed en belangrijk voor hun identiteit koesteren.
In 1966 verenigde een groep inwoners van Oostduinkerke zich om de kunst van het garnaalvissen te paard in ere te houden. Officieel werd de “Orde van de Paardevisser” opgericht op 8 juni 1967. Zij wil erover waken dat de Oostduinkerkse paardenvisserij nooit verdwijnt. Naast het objectief om deze vorm van visserij op de voorgrond te brengen, engageren zij zich om het toerisme in de Westhoek te bevorderen.
De ordeleden worden na voorstelling en aanvaarding door de Grote Raad van Waardigheidsbekleders als ridder geïntroniseerd. De ridders moeten trouw zweren aan de Oostduinkerkse garnaal en aan de paardenvissers-gemeente.
In samenwerking met de paardenvissers, het gemeentebestuur Oostduinkerke-Koksijde en NAVIGO-Nationaal Visserijmuseum wil men de geschiedenis en het erfgoed van het paardenvissen onderzoeken, in beeld brengen en de gemeenschap sensibiliseren rond de borging ervan. Op 4 december 2013 kregen zij een erkenning als immaterieel werelderfgoed door het Intergouvernementele comité van UNESCO.
Sinds de stichting ontwikkelde de organisatie een vaste vorm qua activiteiten die uit drie facetten bestaan: gastronomie, cultuur en natuur. Op gastronomisch vlak worden traditionele banketten en recepties georganiseerd waar hoogwaardigheidsbekleders van binnen- en buitenland aanwezig zijn. Daarnaast stelt men tweejaarlijks een openlucht- en kunsttentoonstelling samen. De Orde streeft ernaar om de zee, de duinen en de natuur van de Westhoek in de kijker te stellen.
Naar aanleiding van een georganiseerde wandeltocht in 1968 langs Oostduinkerke ontstond de internationale “Vierdaagse van de IJzer”, waarvan de “Orde van de Paardevisser” de medestichter is.
Daarnaast kreeg de Orde diverse binnen- en buitenlandse uitnodigingen: audiëntie in 1995 in het Vaticaan bij Paus Johannes Paulus II, jaarlijks bezoek op het Koninklijk Paleis en in de kerk O.L.V.-Ter Potterie in Brugge tijdens de viering van de Zalige Sint-Idesbaldus (patroonheilige van de vissers). In 1994 kreeg de Orde een gouden medaille van de Franse vereniging “Société d’encouragement au bien” voor zijn sociale en culturele inzet, nadat de gemeente Koksijde hen in 1992 tot Ereburger kroonde.
In samenwerking met de paardenvissers, het gemeentebestuur Oostduinkerke-Koksijde en NAVIGO-Nationaal Visserijmuseum wil men de geschiedenis en het erfgoed van het paardenvissen onderzoeken, in beeld brengen en de gemeenschap sensibiliseren rond de borging ervan. In 2009 werd de Garnaalvisserij te paard in Oostduinkerke opgenomen in de Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed. Op 4 december 2013 kregen zij ook een erkenning als immaterieel werelderfgoed door het Intergouvernementele comité van UNESCO.
De collectie van de “Orde van de Paardevisser” van Oostduinkerke bestaat hoofdzakelijk uit iconografisch materiaal, krantenknipsels en objecten. Een deel van de collectie werd ondergebracht in het NAVIGO-museum. Het gemeentearchief van Koksijde bewaart een fotocollectie over de garnaalvissers te paard.